Stukje uit het woordenboek
Nederlands - Engels:
bassist bass (singer, player);
basssleutel bass clef; basstem
bass (voice); (van muz) bass part bast 1
bast, inner bark; (schors) rind, bark; 2
(fam) skin, hide, body; in zijn blote ~, with bare(d)
torso 3 belly basta 1
~! enough!, stop!; en daarmee ~ , and there's an
end of it; and now you know! that's enough! 2
(klaveraas) basto
Ivo wil
graag weten hoe je de bast van een boom in het Engels vertaalt. Hij
zoekt in dit stukje van...