Lees de tekst.
Je staat bij de kassa om een ijsje af te rekenen. Het ijsje kost € 3,05. Het meisje achter de kassa vraagt of je er € 0,05 bij hebt? Je betaalt met een briefje van € 5,00 en een muntje van € 0,05.
Hoeveel geld krijg je terug?