Terug

In welke zin is het dikgedrukte woord fout gespeld? [1]

In welke zin is het dikgedrukte woord fout gespeld? [1]

 
  1. In werkelijkheid was ze geen prinses.
  2. De actie van de supermarkt was een groot succes.
  3. Oom Henk was erg vriendelijk tegen ons.
  4. De spaning voor de wedstrijd was voelbaar.

Waar is het dikgedrukte woord fout gespeld?

A B C D