Terug

Van alles wat [1]

Van alles wat [1]

 
  1. Wie heeft de groene ton op straat gezet?
  2. Wie heeft de groene ton op straat gezet?
  3. Wie heeft de groene ton op straat gezet?
  4. Wie heeft de groene ton op straat gezet?
In welke zin is het dikgedrukte zinsdeel de persoonsvorm?
A B C D